Het Mechelse stadsbestuur start vanaf september met een nieuw project voor jongeren met ernstige gedragsproblemen op school. “Carrouselleerlingen zijn leerplichtige jongeren die meer dan één keer uitgesloten worden in een school. Zij hebben een intensieve, langdurige begeleiding nodig. In samenspraak met de leerling, de ouders en de scholen gaan we op zoek naar een zinvolle dagbesteding zodat zij opnieuw de motivatie vinden om naar school te gaan. We kunnen hen niet in de kou laten staan: indien zij zonder enig diploma op de arbeidsmarkt terecht komen, worden hun problemen alleen maar complexer”, aldus schepen van Onderwijs Caroline Gennez (sp.a).
Voor het project voor carrouselleerlingen wordt er de komende twee jaar €62.500 vrijgemaakt door de stad Mechelen. Er werd reeds onderzoek verricht naar het profiel van deze jongeren en de efficiënte aanpak van hun complexe probleemgedrag. “In samenspraak met de onderwijspartners werd een nota opgesteld die als leidraad moet dienen. Er zal een projectmedewerker worden aangeworven die het komende schooljaar voor de jongeren de nodige begeleiding en opvang op maat zal uitwerken. De stuurgroep rond carrouselleerlingen met vertegenwoordigers van scholen, centra voor leerlingenbegeleiding (CLB) en het Lokaal Overlegplatform (LOP) voor onderwijs, zal zes keer bijeenkomen om de aanmeldingen op te volgen en het project te evalueren”, legt schepen Gennez uit.
Onderzoek bracht aan het licht dat er in Mechelen ongeveer 35 jongeren zijn die herhaaldelijk zijn weggestuurd op school en dus in aanmerking komen. De bedoeling is om samen met hun school en ouders op zoek te gaan naar een zinvolle dagbesteding. “Op basis van hun interesses wordt er onderzocht of zij als stagiair of vrijwilliger in bv. de verkoop- of bouwsector terecht kunnen. Uit de ervaring van gelijkaardige projecten blijkt dat carrouselleerlingen na enkele maanden in het reguliere arbeidscircuit, opnieuw gemotiveerd zijn om hun opleiding te voltooien. In één op drie gevallen is er sprake van een problematische gezinsituatie. De betrokkenheid van de ouders is dan ook essentieel voor de slaagkansen. Daarom worden ouders evenzeer intensief begeleid en indien nodig zal er beroep worden gedaan op o.a. het OCMW of thuiszorg om hun situatie te verbeteren. Bij de gesprekken wordt de laatste school en het CLB eveneens betrokken. Niet alleen de jongeren zelf, maar de hele context wordt bekeken zoals hun vrijetijdsbesteding”.
De stad sluit hiervoor een samenwerkingsovereenkomst met het Centrum voor Geestelijke Gezondheid De Pont, dat eveneens andere projecten rond Probleemgedrag op School (PrOS) uitvoert in opdracht van het stadsbestuur. Zij hebben immers een jarenlange expertise opgebouwd en bovendien betekent dit een verruiming van hun aanbod. Dit geeft de mogelijkheid om flexibel in te spelen op de begeleidingsnoden van moeilijk schoolbare jongeren. “We hebben reeds het Spijbelplan, waarvan de statistieken onlangs nog bewezen dat het resultaten oplevert. Het actieplan rond schoolse vertraging wordt dit schooljaar verder uitgewerkt. Daarnaast biedt het PrOS-project verschillende vormen van begeleiding. Eén daarvan is het bestaande schooluitvalpreventieproject, waarbij jongeren van 12 tot 18 jaar met probleemgedrag een maand lang buitenschoolse opvang krijgen. Gezien het succes van dit schooluitvalpreventieproject heeft de Vlaamse overheid beslist om €38.000 te voorzien in het kader van het flankerend onderwijsbeleid dat de stad voorziet. Dit betekent dat De Pont het komende schooljaar opnieuw 15 jongeren kan begeleiden”, besluit schepen van Onderwijs Caroline Gennez.