ZOO Planckendael in Mechelen heeft dit jaar een opvallend record geboekt: de grootste ooievaarskolonie van België bouwde maar liefst 106 nesten, waarvan 99 succesvol waren met eieren. Daarmee breekt het dierenpark zijn eigen record van 2024, toen er 71 nesten werden geteld.
“Het was een uitdagend jaar,” vertelt curator Frédéric. “Door de droogte en hitte was er minder voedsel beschikbaar voor de jonge ooievaars.” Ondanks de moeilijke omstandigheden werden er toch 140 kuikens geringd, wat van groot belang is voor het volgen van hun migratie en gedrag.
Droogte bemoeilijkt voedselvoorziening
De aanhoudende droogte had een duidelijke impact op de overlevingskansen van de jongen. Door het gebrek aan regen trokken regenwormen zich dieper terug in de harde bodem, wat het voor de volwassen ooievaars moeilijker maakte om hun kroost te voeden. Toch wist de kolonie 149 kuikens groot te brengen, een daling van 17 ten opzichte van vorig jaar, maar nog steeds een sterk resultaat.
“Ook al is 2025 geen recordjaar, het is nog steeds een mooi resultaat,” zegt woordvoerster Amanda Wielemans. “Het aantal volwassen vogels dat een nest bouwt, blijft stijgen. We hopen dat ook deze kuikens in de toekomst hun weg terugvinden naar Planckendael.”
Drie ringrondes voor wetenschappelijk onderzoek
Het park organiseerde dit jaar drie ringrondes om zoveel mogelijk jongen te voorzien van herkenningsringen. Met behulp van een hoogtewerker gingen verzorgers boom per boom af. “Het was een hele klus,” aldus Frédéric. “We konden niet elk nest bereiken. Sommige liggen te hoog of op plaatsen die onbereikbaar zijn met een hoogtewerker.”
De gegevens die via het ringen verzameld worden, zijn essentieel om het gedrag, de voortplanting en de trekroute van de vogels te onderzoeken. Eind augustus beginnen de jonge ooievaars aan hun zuidwaartse trek.
Terugkeer van een icoonsoort
De ooievaar is sinds 1990 weer een vaste gast in ZOO Planckendael. Toen werden zes vogels uitgezet in de natuur, nadat de soort uit België verdwenen was. Die eerste ooievaars kozen de westelijke trekroute en vlogen tot wel 5.000 kilometer ver richting Zuid-Spanje en zelfs West-Afrika. Sindsdien keren ze trouw terug.
“Sindsdien is de westelijke trekroute weer in gebruik en zien we zelfs vogels uit Duitsland, Nederland en Zweden aansluiten vanuit de oostelijke trekroute. Elk jaar strijkt de steeds groter wordende groep in ZOO Planckendael weer neer,” besluit Amanda Wielemans.
ZOO Planckendael blijft daarmee niet alleen een trekpleister voor bezoekers, maar ook een cruciale schakel in het behoud van deze majestueuze trekvogels.