De stad krijgt een grote schenking uit de kunstgalerij van Marie-Louise Grouwet-Vervliet. De voormalig galeriehoudster en gewezen gemeenteraadslid overleed vorig jaar op 81-jarige leeftijd. Haar zoon Carl Grouwet schenkt een deel van de collectie aan de stad. Het betreft een grote aantal publicaties en prenten over Mechelen en Mechelse kunstenaars, verzameld door Marie-Louise Grouwet-Vervliet en Albert Grouwet.
Albert Grouwet en Marie-Louise Grouwet-Vervliet waren beiden erg betrokken bij het culturele en politieke leven in Mechelen: hij als journalist en zij als gemeenteraadslid, lerares en galerijhoudster. Samen hadden ze in de loop der jaren een mooie collectie verzameld, waaronder beeld- en kaartmateriaal (stadsplattegronden, stadsgezichten, praalwagens cavalcade, …), aangevuld met journalistieke documentatie.
Hun zoon Carl Grouwet, schenkt een groot deel van de collectie aan de stad. Het gaat om 51 stuks beeld- en kaartmateriaal, 6 ingebonden delen van het weekblad ‘De Mechelse Week’ en 3 dozen journalistieke documentatie.
“Mijn ouders hadden een groot hart voor Mechelen. Dat kan je ook afleiden uit hun collectie waar toch een heel aantal stukken een link hebben met Mechelen of Mechelse kunstenaars. Er is maar een plaats waar deze collectie thuishoort en dat is hier in Mechelen. Ik heb daarom contact opgenomen met schepen Greet Geypen die goed bevriend was met mijn moeder en voorgesteld om een deel van de collectie aan de stad te schenken”, zegt Carl Grouwet.
Waardevolle aanwinst voor de stad
Het Stadsarchief hanteert voor het verwerven van private archieven en verzamelingen een aantal inhoudelijke en materiële criteria. Inhoudelijk dienen aangeboden archieven of collecties te voldoen aan het vooropgestelde collectieprofiel. Bij de geschonken kaarten en prenten bevinden zich vaak bijzondere en zeldzame versies.
“Wat betreft de erfgoedwaarde vormt de aangeboden collectie een waardevolle aanwinst voor de iconografische collecties over de stad Mechelen en zijn rijke cultuurgeschiedenis. Wat deze werken bijzonder maken, zijn de handmatige inkleuringen, de kwaliteit, zeldzaamheid, bewaartoestand en het feit dat het de volledige periode van de 16de tot de 20ste eeuw omvat. De stadsgezichten, plattegronden maar ook de prenten van de praalwagens van de Hanswijkcavalcade vormen een artistieke vorm van citymarketing avant la lettre”, aldus Cultuurschepen Björn Siffer (Groen).
Verder bevat de collectie een originele tekening toegeschreven aan de bekende Mechelse kunstenaars Arnold Frans of Auguste Van den Eynde. “De ingebonden collectie van het regionale blad ‘De Mechelse Week’, in materieel perfecte en volledige staat, en de documentatie van Albert Grouwet vormen dan weer mooie en relevante aanvullingen voor de in het Stadsarchief bewaarde Mechelse erfgoedbibliotheek”, zegt schepen Siffer.
“Cultuur was voor Marie-Louise Grouwet prioritair. Haar tussenkomsten op de gemeenteraad waren altijd in het belang van de Mechelaar en het Mechels erfgoed. Met het tentoonstellen van deze prenten en kaarten wenst het stadsbestuur haar een laatste eer te bewijzen. Als gemeenteraadslid, maar ook als geëngageerde gangmaker en verdediger van het Mechelse cultuurleven en erfgoed”, aldus schepen Greet Geypen (Open Vld).
Deze collectie krijgt een plaats in de iconografische collecties van het Stadsarchief onder de naam ‘Collectie Grouwet’. Dat de stad zo’n grote schenking krijgt zowel in omvang als in kwaliteit, is zeer uitzonderlijk. De waarde van deze collectie wordt geschat op zo’n € 10.000. Naast deze collectie werd er ook reeds een flinke hoeveelheid boeken over kunst en kunstgeschiedenis overgedragen aan de Academie Mechelen.
“Daarnaast krijgt een selectie van de werken een permanente plaats in het stadhuis, onder meer in de kabinetten van de schepenen en op publiek toegankelijke plekken in het gebouw. Om een al te lange blootstelling aan het licht te vermijden zal er een wisselritme ingesteld worden, waarbij na een bepaalde periode de stukken vervangen worden door andere uit de collectie”, zegt Greet Geypen.
“Ik ben tevreden dat op deze manier de collectie in Mechelen blijft en dat er verschillende stukken een mooie plaats krijgen in het stadhuis en in andere stadsgebouwen. Zo kunnen mensen ook nu nog getriggerd worden door deze collectie en blijft kunst en erfgoed een gespreksthema”, besluit Carl Grouwet.