Om de corona-epidemie lokaal in te dijken is het Mechels stadsbestuur vorige week gestart met een autonoom contact- en opsporingssysteem. Het Covidcallcenter Mechelen-Katelijne opereert vanuit het stadhuis. “We doen dit uiteraard in samenwerking met het centrale systeem van contact- en bronopsporing van de Vlaamse overheid’, zegt burgemeester Alexander Vandersmissen.
Vorige week gaf de Vlaamse regering de mogelijkheid aan lokale besturen om ook een rol op te nemen bij het centrale opsporingswerk. “Onze voorbereiding was klaar en het callcenter is dan ook reeds op donderdag van start kunnen gaan. De besmettingscijfers in Mechelen gaan nog steeds in een stijgende lijn. Daarom schakelen we 12 stadsmedewerkers in om het callcenter te bemannen en een oproep voor extra kandidaten loopt. We hebben ook een drietal maatschappelijk assistenten die eventueel aan huis gaan bij Covid-positieve mensen in thuisisolatie”, legt de burgemeester uit. De voorbije dagen werden de medewerkers opgeleid. Coördinator van het Covidcallcenter Mechelen – Katelijne is Jan Simons, manager van congres en erfgoedcentrum Lamot. Het callcenter wordt ondergebracht in een leegstaande vleugel van het Mechelse stadhuis, maar de medewerkers zullen ook van thuis kunnen werken. Indien nodig zouden we tot 320 contactgesprekken per dag kunnen voeren.
Hun taak is drievoudig: informeren, sensibiliseren en informatie verzamelen. Het gaat dus om meer dan louter contactopsporing. Dit lokaal initiatief van contact- en bronopsporing met het oog op het identificeren van infectiehaarden werkt aanvullend en versterkend. “Het voortdurend en herhaaldelijk bewustmaken van de mensen is minstens even belangrijk in deze fase. Het is belangrijk om mensen in thuisisolatie een hart onder de riem te steken en ook de huisartsen daar waar mogelijk te ondersteunen. Anderzijds willen we ook zeer snel zicht krijgen op eventuele mogelijke bijkomende besmettingen in collectiviteiten zodat er snel kan worden opgetreden. Op deze manier proberen we een verdere verspreiding van het virus te voorkomen. Dit alles vergt dus maatwerk. Vandaar dat het zo tijds- en arbeidsintensief is”, zegt coördinator Jan Simons.
Vinger aan de pols
Het Covidcallcenter Mechelen – Katelijne werkt nauw samen met het reeds twee weken actieve COVID-19-team. Dat is op zijn beurt samengesteld uit lokale zorgactoren, zoals huisartsen, welzijnswerkers, het algemeen ziekenhuis Sint-Maarten en vertegenwoordigers van het stadsbestuur van Mechelen en het gemeentebestuur van Sint-Katelijne-Waver. Via dat team houden beide lokale besturen continu een accuraat zicht op de evoluties op gemeentelijk niveau. Het COVID-19-team volgt dagelijks de cijfers op en bezorgt de burgemeesters feedback van op het terrein en geeft hen concrete adviezen. Dit team richt zich dus niet op individuele patiënten, maar wel op eventuele verontrustende tendensen of clusters binnen de eerstelijnszone Mechelen-Katelijne met als doel deze onmiddellijk in kaart te brengen om zo gerichte maatregelen te kunnen nemen.
“Mechelen is een wendbare overheidsorganisatie, die snel kan inspelen op wisselende uitdagingen. Dat stond al in het juryrapport toen Mechelen drie jaar geleden de prijs won van lokale overheidsorganisatie van het jaar. Ik ben er dus gerust in dat wij ook van dit verhaal een succes kunnen maken, maar ik reken ook op de constructieve medewerking van de Mechelaars wanneer zijn gecontacteerd worden door het callcenter. Laat ons alle zeilen bijzetten om dit virus uit onze stad te verbannen”, aldus Vandersmissen.
Tot slot roept de burgemeester alle Mechelaars op om te blijven volhouden en zelf ook het gezond verstand te behouden. “Het overgrote deel van Mechelaars volgt de richtlijnen nauwgezet, dat zien we elke dag op straat en vertaalt zich ook in een daling van het aantal boetes dat wordt opgemaakt. Niettemin gaan ook in onze stad de cijfers van het aantal besmettingen nog steeds in stijgende lijn. Wij doen er alles aan om te sensibiliseren en te handhaven, maar op het einde van de dag zijn we allemaal individueel verantwoordelijk. Wij bepalen zelf de ruimte die het virus krijgt. Iedereen moet zich aangesproken voelen. We kunnen maar slagen als iedereen zijn verantwoordelijkheid blijft opnemen en zijn contacten met anderen beperkt tot het strikte minimum.”