Om de Mechelse stadsduivenpopulatie op een diervriendelijke manier onder controle te houden, start Stad Mechelen in het najaar met een niet-hormonale pil voor duiven verwerkt in maïskorrels (R12). Deze zullen op strategische plaatsen in de stad via automatische voederdispensers gevoederd worden aan stadsduiven.
“Duiven kunnen heel wat overlast creëren in een stad. Ze kunnen schade berokkenen aan gebouwen en in de landbouw en in uitzonderlijke gevallen zelfs de volksgezondheid bedreigen. Het is dus belangrijk om de Mechelse duivenpopulatie zo goed mogelijk in te perken en daarom introduceren we in Mechelen een anticonceptiepil voor duiven. Bedoeling is om het probleem eerst in kaart te brengen, nadien monitoring te doen aan de hand van tellingen en camera’s en tot slot een evaluatie uit te voeren”, legt schepen van Leefmilieu Marina De Bie uit.
“Met dit uniek niet-hormonaal voorbehoedsmiddel maken we efficiënt maar vooral op diervriendelijke manier werk van de duivenpopulatie onder controle te houden. Het product heeft geen risico voor andere dieren of de mens. Zowel de Vlaamse Raad voor Dierenwelzijn alsook GAIA en de koninklijke Belgische Duivenbond hebben geen bezwaar tegen het gebruik van deze methode”, vertelt schepen van Dierenwelzijn Vicky Vanmarcke.
Mechelse geïntegreerde aanpak
De voorbije jaren werd gebruik gemaakt van inloopkooien en dit gedurende een periode van vijf tot zes maanden. De gevangen duiven werden overgebracht naar Socio vzw, een vogel- en dierenbescherming in Deurne of naar het vogelopvangcentrum in Malderen, waar zij in quarantaine werden geplaatst. Dit is een goede interventietechniek bij lokale tijdelijke overlast. De stad zal dan ook blijven werken met inloopkooien. Met een contract op afroep zullen zulke kooien ingezet worden wanneer een specifieke situatie dit vereist.
“Daarbij aansluitend blijven we ook inzetten op de sensibilisering van onze inwoners om duiven niet te voederen. Het zorgt ervoor dat de populatie sneller groeit dan wenselijk”, vult schepen van leefmilieu Marina De Bie aan.
Afname tot 80%
Om op lange termijn efficiënt te werken is het nodig op over te stappen op een andere techniek. Met dierenwelzijn in het vooruitzicht wordt nu gekozen voor de R12-pil. R12 is een veterinair geneesmiddel bestaande uit maïskorrels waaraan nicarbazine aan de buitenzijde werd toegevoegd (coating). Nicarbazine is een reeds gekend product ter bestrijding van darmparasieten bij vogels. Neveneffect van dit geneesmiddel is dat er zich in het ei van de vogels geen vrucht ontwikkelt wanneer zij over een voldoende lange periode een voldoende grote hoeveelheid van het middel toegediend krijgen. Dit maakt van R12 een diervriendelijkere methode dan het plaatsen van inloopkooien of euthanasie om de duivenpopulatie onder controle te houden.
Deze speciale maïskorrels worden op strategisch plaatsen in automatische voederdispensers aangevuld. De duiven krijgen steeds op vaste tijdstippen eten, zodat ze geconditioneerd worden en dus na verloop van tijd al klaar zitten om gevoederd te worden. Bij elke beurt wordt er slechts een beperkte hoeveelheid R12 gevoederd. Hierdoor worden zo goed als alle behandelde maïskorrels onmiddellijk opgegeten door de dominante duiven.
“In tegenstelling tot andere controletechnieken, richt men zich hier efficiënt op de duiven die effectief verantwoordelijk zijn voor nakomelingen binnen de duivenpopulatie. Slechts 15% van duivenpopulatie zijn dominante duiven, maar zij kunnen wel tot 24 jongen per jaar broeden. De jonge naïeve duiven, die vaak wel in kooien gevangen worden, zijn niet degene die zich voortplanten”, bevestigt schepen Vanmarcke.
R12 zou na één jaar behandeling zorgen voor een reductie van de behandelde duivenpopulatie met 20-30%, na 4-5 jaar behandeling zou deze reductie oplopen tot maar liefst 60-80%. Deze methode wordt in andere steden al een aantal jaren toegepast en uit tellingen blijkt dat de voorspelde cijfers kloppen, na vier jaar is de behandelde duivenpopulatie daar met 51% afgenomen.
Geen gevaar voor andere vogels, dieren of mensen
R12 heeft geen effect op andere vogelsoorten dan de stadsduiven die men wil behandelen. Gezien een vogel minstens vijf dagen per week 8-10gr nicarbazine per dag dient binnen te krijgen voordat dit een effect heeft op de eieren, kan het geen kwaad wanneer een duif van een duivenmelker een keer mee-eet. Voor kleinere vogelsoorten is de maïskorrel sowieso te groot om op te eten. En ook de eieren van de slechtvalken zullen geen hinder ondervinden omdat deze roofvogels hoofdzakelijk het vlees van de stadsduiven eten waardoor de dosis nicarbazine die zij eventueel binnenkrijgen te laag is om een effect te hebben op hun eieren. Wanneer de stadsduiven geen R12 meer toegediend zouden krijgen gedurende 4-6 dagen, zullen zij opnieuw normale eieren beginnen leggen. Een kauwgom of sigarettenpeuk is schadelijker voor vogels dan de duivenpil.
Foto: Wikipedia