Skeletspecialiste Katrien Van de Vijver schreef een baanbrekend doctoraat over de skeletten die tussen 2009-2011 zijn opgegraven ter hoogte van het Sint Romboutskerkhof. In 400 van de meer dan 4000 skeletten zocht ze naar aanwijzingen voor leeftijd, geslacht en eventuele ziekte. Ook trachtte ze te achterhalen hoe, waar en in welke periode de begraving plaatsvond. “Met haar integrale en nauwgezette aanpak is onze skelettencollectie niet alleen de best gedocumenteerde van West Europa, we weten nu vooral meer over welk deel van de bevolking hier begraven werd, over de sociale organisatie, fysieke gezondheid en levensstijl van de inwoners van de Sint-Romboutsparochie in de periode 1000-1800” zegt schepen van Cultuur Björn Siffer “Dit internationaal relevant onderzoek maakt dat we onze historische bronnen anders gaan raadplegen, want de bevindingen zijn tegenstrijdig met wat we al wisten en we moeten verklaringen zoeken in de migratie en de rol van het Spaans gasthuis”
Geschiedenis wordt herschreven
Zo bleken mannelijke individuen oververtegenwoordigd in graven uit de periode 15de-18de eeuw, terwijl parochieregisters en volkstellingen net aantonen dat er in de stad meer vrouwen woonden. Hoe komt dat? Werden vrouwen bij voorkeur elders op het kerkhof begraven? Bovendien gaat het vaak om adolescenten (12-17 jaar) en jongvolwassenen (18-25 jaar), begraven in open grond en collectieve graven. Dit laatste wijst op een lagere sociale positie. Heeft die lagere sociale status te maken met hun jonge leeftijd? Meestal vertonen ze ook sporen van fysieke stress, ziekten en groeistoornissen. Gaat het om immigranten die het verarmde platteland ontvlucht zijn of om soldaten die verpleegd werden in het vlakbij gelegen ‘Spaans gasthuis’ (nu Technische Scholen Mechelen)? Zo zou bijvoorbeeld DNA-onderzoek op een voldoende groot aantal individuen ons kunnen helpen bij het oplossen van het migratievraagstuk.
Veel vragen blijven vandaag onbeantwoord, maar geven tegelijk aanleiding tot verder onderzoek. De leden van de jury gaven te kennen dat ze Katriens onderzoek van een internationaal niveau vinden en zijn ervan overtuigd dat de Mechelse collectie hiermee wereldwijd bekendheid zal verwerven. “Ook de stad Mechelen kreeg volop lof voor de manier waarop ze zorg draagt voor haar archeologisch erfgoed en de ontsluiting ervan, en de stedelijke dienst Archeologie voor haar aandeel in het doctoraatsonderzoek” zegt schepen Siffer.
Wie meer wil weten over het onderzoek: een exemplaar van Katriens proefschrift kan geconsulteerd worden in de Stedelijke Bibliotheek Mechelen.
foto: stad Mechelen