Om de ruimte te ordenen, werden rond de jaren 1970 gewestplannen opgemaakt voor heel Vlaanderen. Op deze gewestplannen kreeg elk perceel een bestemming. Mogelijke categorieën van bestemmingen zijn: agrarisch gebied, woongebied, KMO-zone, industriegebied, enz. Wanneer een gebouw in een bestemming ligt waar het niet thuishoort, is het ‘zonevreemd’.
Mechelse bedrijven die zich bevinden op een locatie die niet bestemd is voor hun activiteiten, hebben momenteel geen zekerheid over hun situatie. Hiervoor heeft het studiebureau Anteagroup in een voorstudie een basislijst van 88 bedrijven onderzocht.
“We willen bedrijven meer rechtszekerheid geven zodat de eigenaars niet meer beperkt worden in hun mogelijkheden om te renoveren, te verbouwen, uit te breiden of af te breken voor een nieuwbouw. Na een gedetailleerde analyse werd voor een weloverwogen selectie van bedrijven een planologische oplossing uitgewerkt. Met de opmaak van dit RUP krijgen een aantal zonevreemde bedrijven de mogelijkheid om op hun bestaande, vaak historisch gegroeide, locatie te blijven en/of krijgen ze duidelijkheid over hun toekomstmogelijkheden” legt schepen van Ruimtelijke Ordening Greet Geypen (Open Vld) uit.
Van de basislijst van 88 bedrijven werden een aantal bedrijven geschrapt omdat er niet langer sprake is van een zonevreemde activiteit of omdat het bedrijf op die locatie niet meer aanwezig is. Deze screening resulteerde in een onderzoekslijst van 46 bedrijven. Aan de hand van afwegingselementen (o.a. ruimtelijke impact activiteit, ruimtelijke draagkracht omgeving, visie gemeentelijk ruimtelijk structuurplan voor de omgeving van het bedrijf) werden de bedrijven onderverdeeld in drie categorieën:
• Opmaak deelplan (herbestemmen): er is voldoende ruimtelijke draagkracht om een herbestemming voor dit bedrijf door te voeren.
• Geen opmaak deelplan: er is onvoldoende ruimtelijke draagkracht voor de herbestemming.
• Er wordt verder gewerkt binnen het huidig planologisch kader. Er wordt geen deelplan opgemaakt aangezien er vandaag geen afdoende problemen zijn met de vergunningsverlening en ruimtelijke aandachtspunten. Randvoorwaarden kunnen met de huidige bestemmingen worden opgelegd in het kader van de huidige vergunningverlening.
Na het toepassen van het afwegingskader werden 23 bedrijven weerhouden voor de verdere uitwerking in het RUP (categorie ‘opmaak deelplan (herbestemmen)’). Deze bedrijven komen in aanmerking voor een herbestemming van het gebied waar ze gelegen zijn. De bedrijven die uiteindelijk niet werden opgenomen alsook de eigenaars van de percelen die in het RUP liggen kunnen hun bedenkingen nog meegeven in het kader van het openbaar onderzoek.
“Een aantal jaren geleden gaf de stad via een soortgelijke procedure al rechtszekerheid aan eigenaars van zonevreemde woningen. Nu doen we hetzelfde voor zonevreemde bedrijven die momenteel in onzekerheid leven en bieden we hen de mogelijkheid om in de toekomst te investeren in de expansie van hun zaak, wat ook belangrijk is voor de tewerkstelling in onze regio. Omgekeerd, als we beperkingen opleggen, weten de eigenaars eindelijk waar ze aan toe zijn.”, klinkt het bij burgemeester Bart Somers (Open Vld).
Tweede luik: onderzoek van industrie en KMO-gebieden
Aan de opdracht van het studiebureau voor de opmaak van het RUP zonevreemde bedrijven werd ook een tweede luik gekoppeld. Dit luik omhelst een onderzoek van alle industrie en KMO-gebieden van het gewestplan. Deze screening had als doel na te gaan of er geen bedrijvenzones achterhaald zijn. De KMO- of industriegebieden waarvoor een herbestemming mogelijk is, zullen worden herbestemd. Ook hier wordt duidelijkheid gegeven naar de toekomstmogelijkheden.
Verspreid over Mechelen bevinden zich namelijk verschillende kleinere industriegebieden die mogelijk niet meer worden gebruikt, of waarvan de functie gezien de ruimtelijke context achterhaald is.
Uit deze screening werden 4 bedrijvenzones (KMO-gebied Muizenbrug in Muizen – KMO-gebied Kriekerijveld 1 Hombeek – KMO-gebied Lakenraamstraat Walem en het industriegebied Kadodderstraat) weerhouden die in aanmerking komen voor een bestemmingswissel.
“Het nieuwe RUP geeft zonevreemde bedrijven rechtszekerheid en zorgt ervoor dat de bestemming van bepaalde gebieden aangepast wordt aan de huidige context aldus Greet Geypen.
“Met dit RUP zetten we ons beleid verder en investeren we in onze toekomst. We voorzien hier een budget van bijna € 270.000 voor”, voegt Bart Somers toe. “De planologische bestemming mag immers niet verlammend werken voor bedrijvigheid en ondernemingszin. Ook met schaarse ruimte, willen we bedrijvigheid in diversiteit blijven aanmoedigen en klaarheid scheppen in toekomstkansen. Het uiteindelijke doel is een betere lokale ruimtelijke ordening. Dit kan maar door harmoniseren van bestemmingen.”
Dit RUP wordt vanaf midden oktober tot midden december aan een openbaar onderzoek onderworpen. Nadien bundelt de Gecoro (gemeentelijke commissie ruimtelijke ordening) de adviezen, opmerkingen en bezwaren om dan gemotiveerd advies uit te brengen vooraleer dit punt in mei van 2016 op de gemeenteraad komt. Zonder tegenkanting mag de publicatie in het Belgisch Staatsblad in juli van volgend jaar verwacht worden. De officiële communicatie rond de aankondiging van het openbaar onderzoek volgt nog.