In het centrum van Mechelen zien we voorlopig nog geen daklozen op straat liggen. Maar het is niet omdat de miserie onzichtbaar is, dat ze niet bestaat klint het bij CD&V/N-VA. “Vanuit verschillende hoeken vernemen we dat er wel degelijk een probleem is met daklozen, vaak autochtone Mechelaars”, stelt raadslid Hamid Riffi (CD&V/N-VA). “Het is dan ook noodzakelijk dat de stad bij deze temperaturen iets voor deze mensen doet, voor er ongelukken gebeuren” verduidelijkt fractieleider Karel Van Butsel (CD&V/N-VA).
In Mechelen zouden volgens niet officiële cijfers zo’n 450 dak- en thuislozen zijn. Een groot deel daarvan wordt periodiek opgevangen door vrienden en familie, soms in huizen waar dit deze mensen zelf in problemen kan brengen (bv in huisjes van de MGW). Zo’n 45 mensen zouden zelfs het OCMW als referentieadres hebben.
Dit zijn cijfers die aantonen dat er echt wel miserie is. “Daarom willen we tijdens deze keiharde winterprik de meest behoeftigen wat warmte geven. Wat warmte overdag en een bed en sanitair voor de nacht, en dit gedurende de meest gure periode, is het minimum dat we deze Mechelaars moeten aanbieden.” zegt Hamid Riffi. CD&V/N-VA pleit voor snelle actie, efficient op korte termijn, en herbruikbaar op langere termijn. Zodat ook een volgende winterprik sneller opgevangen kan worden. “We moeten nu dringend de eerste en ergste nood van de dakloze mensen helpen, maar ook een globaal winterplan opmaken zodat het initiatief bij een volgend winteroffensief snel herbruikbaar is”, besluit Karel Van Butsel.
De cijfers die CD&V aanhaalt worden betwist door Mechels OCMW-voorzitter Koen Anciaux (Open Vld). “Mechelen heeft geen extra maatregelen genomen omdat het probleem zich niet stelt. Mechelen dient de problemen van Brussel niet op te lossen”, zegt Anciaux. “Dat er mensen het OCMW als referentieadres gebruiken heeft onder meer te maken om administratieve redenen”, besluit de OCMW-voorzitter.