In de jaren zestig was er de tendens om een band te smeden tussen de militairen die in Duitsland gekazerneerd waren en de burgers in eigen land. Doel was tot geregelde uitwisselingen te komen met de mensen die in de periode van de koude oorlog voor heel wat jaren buiten België moesten wonen.
Sinds 1962 is de stad Lier peter van het 2de Regiment Veldartillerie. Bij de terugtrekking van de troepen uit Duitsland werd ervoor geopteerd om de band, die heel hecht was, met het 2de Regiment Veldartillerie te behouden. De geregelde uitwisselingen bleven door onder meer deelname van een afgevaardigde van de militairen aan bijvoorbeeld de nationale feestdag, 11 en 15 november, de nieuwjaarsreceptie en speciale evenementen in Lier zoals de Sint-Gummarusfeesten en in 1962 zelfs bij de feestelijkheden rond 750 jaar stadsrechten. Door de goede contacten werd adjudant-chef Louis Vranckx erepoorter van Lier gemaakt en werden burgemeester Marleen Vanderpoorten, ereburgemeester Maurice Vanhoutte, ereschepen Jan Hendrickx en Bob Theeuws tot erebrigadier benoemd.
Het bestaan van het 2de Regiment Veldartillerie werd echter opgeheven door de hervormingen van het leger, waardoor het opging in de algemene Artillerie. De nieuwe eenheid kreeg de benaming Bataljon Artillerie. In navolging van het peterschap van Lier van het 2de Regiment Veldartillerie, wordt Lier ook peter van Bataljon Artillerie.
Het college beslist akkoord te gaan met het verder zetten van het peterschap over het Bataljon Artillerie in opvolging van het 2de Regiment Veldartillerie, zoals dit gestart is in 1962.