Woonzorgcentrum Hof van Egmont wil meer aandacht geven aan het psychisch welzijn van de bewoners. Het centrum voor geestelijke gezondheidszorg De Pont stelt vanaf 1 juli een psycholoog ter beschikking van het Hof van Egmont.
Het woonzorgcentrum Hof van Egmont van het OCMW Mechelen wil voor zijn bewoners een thuis zijn, met aandacht voor kwaliteit van leven, met een huiselijke sfeer en zorg op maat. Veel aandacht gaat naar lichamelijke zorgverlening, zoals o.a. mensen helpen bij het wassen, eten en aankleden. Met een goede en fijne tijdsbesteding, creatieve en aangepaste activiteiten wil men zorgen dat de bewoners blijven deelnemen aan het maatschappelijk gebeuren. “Het OCMW wil ook extra aandacht hebben voor het psychisch welzijn van de bewoners van het Hof van Egmont. De psycholoog van De Pont kan ons erbij helpen dat iedereen ‘zich goed in zijn vel voelt’.,” zegt OCMW-voorzitter Koen Anciaux (Open Vld).
Om gepast te kunnen omgaan met stresserende situaties voor de bewoners, stelt het centrum voor geestelijke gezondheidszorg De Pont een klinisch ouderenpsycholoog ter beschikking. Deze psycholoog is tweewekelijks een halve dag aanwezig om haar kennis op het vlak van psychogerontologie te delen, zorgteams te ondersteunen en te begeleiden bij hun vragen rond het psychisch welzijn van bewoners. De psycholoog helpt nieuwe bewoners om zich aan te passen als zij in een totaal andere situatie terecht komen. Het centrum voor geestelijke gezondheidszorg ondersteunt bij het verwerken van afscheid nemen van wat ouderen opgebouwd hebben of bij het afscheid nemen van een partner. De psycholoog kan ook begeleiden bij eenzaamheid en kan bemiddelen bij conflicten tussen bewoners onderling of met personeel. Schuldgevoelens, onmacht, teleurstelling, psychische zorgen, omgaan met ziek zijn…. vragen een gerichte aandacht. Kortom de psycholoog zorgt er mee voor dat de bewoners zich beter voelen in het Hof van Egmont.
“Wij hopen dat deze samenwerking een verdere stap kan zijn in het realiseren van een warme thuis in ons woonzorgcentrum.” aldus nog Koen Anciaux.