Het gebied Mechelen Noord IV is gelegen aan de lus van het op- en afrittencomplex van Mechelen Noord. De stad maakt een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) op om de bestemming van het gebied te wijzigen van de huidige bestemming gemengd regionaal bedrijventerrein naar specifiek regionaal bedrijventerrein voor kleinhandel en zone voor weginfrastructuur. Naast de bestemmingswijziging van het gebied, bepaalt het RUP ook de regels voor de toekomstige bebouwing, invulling en ontsluiting van het gebied.
“Met de opmaak van dit RUP wenst de stad in deze zone een complementair en aanvullend aanbod te creëren ten opzichte van de handelsactiviteiten in de binnenstad en tegelijk de ‘poortfunctie’ van de plek op een kwalitatieve en volwaardige manier in te vullen”, aldus burgemeester Bart Somers (Open Vld).
“Deze zone moet plaats bieden voor de bestaande baanwinkels aan het Keerdok die op termijn moeten verhuizen om plaats te maken voor nieuwe woonontwikkeling. Daarnaast creëren we plaats voor grotere handelszaken die in de binnenstad geen plek vinden. We bieden op een gestructureerde manier ruimte voor de noden van een stad, waard de bevolking jaar na jaar groeit”, klinkt het bij schepen van Ruimtelijke Ordening en Economie Greet Geypen (Open Vld).
Midden 2018 stelde de gemeenteraad het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor de herbestemming voorlopig vast. Tijdens het openbaar onderzoek werden er vijf adviezen en vier bezwaarschriften aan de stad overgemaakt. De aanpassingen naar aanleiding van de adviezen en bezwaarschriften worden met de definitieve vaststelling van het RUP aan de gemeenteraad voorgelegd.
Groene ruimte van minimaal 21.500 m²
In tegenstelling tot het gewestelijk RUP dat op 18 juni 2008 werd goedgekeurd, werden in het RUP wat betreft landschappelijke integratie van het nieuwe project, duidelijke bepalingen opgenomen. “Het bestaande RUP dat in 2008 werd opgemaakt bevatte slechts zeer beperkt richtlijnen wat betreft de groenkwaliteit en kon een zuiver industriële activiteit zich op de site vestigen. Met het RUP dat nu ter goedkeuring voorligt worden wel kwaliteitseisen verplichtend opgenomen wat garanties oplevert wat betreft de landschappelijke integratie van het project.”, aldus Bart Somers.
Zo wordt er verordend opgelegd dat binnen het specifiek regionaal bedrijventerrein voor kleinhandel een aaneengesloten groene ruimte van minimaal 21.500 m² voorzien dient te worden. Het RUP stelt o.a. ook dat het groen op en rond het gebouw moet doorgetrokken worden. Zo moet er langs de zijde van de R6 (zijde Dijle) een landschappelijke buffer en gevelbegroeiing voorzien worden, zodat de bebouwing als het ware een ‘groene wand’ vormt en wordt een groendak verplicht. Op die manier kunnen het dak, de achtergevel en de randbeplanting bijdragen tot de landschappelijke integratie van het gebied.
Het plangebied wordt beschouwd als een belangrijke zichtlocatie en vormt één van de toegangspoorten tot de stad. Daarom wordt er veel belang gehecht aan de vormgeving en beeldkwaliteit in dit gebied. Naast een sterke vormgeving, wordt ook hoogstaande architectuur verwacht. Er worden ook duurzame maatregelen genomen: een zonnepanelendak van ongeveer 15 000 m², verwarming via warmtepompen, maximaal hergebruik regenwater en buffering van het regenwater.
270 personeelsleden
In totaal zal er maximaal 27 500 m² bruto-vloeroppervlakte handelsruimte kunnen gerealiseerd worden. Ook het aantal handelszaken (maximaal 24) en de minimale afmetingen worden in het RUP vastgelegd. De vestiging van groothandel, congrescentra en autonome kantoren wordt uitgesloten. Daarnaast kan er maximaal één zaak met restaurant of café als hoofdfunctie worden toegestaan. Er komt zo plaats voor ongeveer 270 personeelsleden die op deze site tewerkgesteld kunnen worden.
Groencompensatie
In het kader van deze vergunning moet een boscompensatie uitgevoerd worden. Deze compensatie werd reeds volledig – nog voor er één boom gekapt is – uitgevoerd, waarvan deels ten oosten van de Liersesteenweg. De rietvegetatie wordt op de site zelf herplant.
Ook voor de realisatie van de ontsluitingsinfrastructuur zal ontbost en gecompenseerd moeten worden voor de ontbossing. De aanvraag voor deze omgevingsvergunning zal dit jaar nog aangevraagd worden. Deze compensatie zal, op vraag van het huidige stadsbestuur, integraal in Mechelen plaatsvinden.
Met het oog op de realisatie van de ontsluitingsinfrastructuur kocht de projectontwikkelaar het perceel aan gelegen tussen de bestaande R6 en de strook in eigendom van de Vlaamse Waterweg gelegen langs de Dijle. Enkel wat strikt noodzakelijk is voor de realisatie van de ontsluitingsinfrastructuur zal ontbost worden. Het overige deel (6 hectare) zal als groenzone behouden blijven. De stad bekijkt samen met de ontwikkelaar op welke manier deze zone het best beheerd wordt.
Geen concurrentie met binnenstad
Het bevolkingsaantal neemt gestaag toe in Mechelen. Bijkomende handelsactiviteiten en tewerkstelling is dan ook nodig. De stad wenst echter ten allen tijden concurrentie met de handelszaken in de binnenstad te vermijden.
“Economie is één van de prioriteiten van deze legislatuur. We zetten volop in op de uitbouw en versterking van de handel in onze binnenstad. Maar het aantal grote percelen of handelspanden in de binnenstad is beperkt voor grootschalige detailhandel. Daarom zetten we in op een goed gelegen locatie, waar ruimte is voor grote entiteiten. Dit aanbod dient wel aanvullend en complementair te zijn met dat van de binnenstad. Om dit te garanderen werd er reeds bij de voorlopige vaststelling van het RUP midden 2018 een handelsvestigingsconvenant met de private ontwikkelaar afgesloten”, stelt Greet Geypen.
Naast de bepalingen rond minimale oppervlaktes van het RUP wordt in de convenant onder andere ook vastgelegd dat er geen kleding-en schoenwinkels, met uitzondering van deze die vanaf de Keerdoksite worden geherlokaliseerd, worden toegestaan.
Multimodale bereikbaarheid
Voor het goed functioneren van het gebied is het bijzonder belangrijk dat er wordt ingezet op een vlotte en veilige bereikbaarheid. De ontsluiting van het plangebied is grondig bestudeerd binnen de plan-MER en de Unieke Verantwoordingsnota. Verschillende ontsluitingsvarianten zijn onderzocht. Naast het retailproject zal de private ontwikkelaar samen met het Agentschap Wegen en Verkeer ter hoogte van de afsplitsing van de R6 investeren in een nieuw kruispunt op de N16.
Aan dit nieuwe kruispunt wordt ook een halte voor openbaar vervoer voorzien. Vanaf dit nieuwe kruispunt wordt de zone van de lus bereikbaar via een nieuwe parallelweg met de R6 en een brug over de R6. Daarnaast zal de private ontwikkelaar ook investeren in een fiets- en voetgangersverbinding met het jaagpad en een fiets- en voetgangersverbinding met het pad Vrouwvliet. Er komen 576 bovengrondse parkeerplaatsen en er worden 249 ondergrondse parkeerplaatsen voorzien. Daarnaast zal er plaats zijn voor 240 fietsenstallingen.
Opening in 2021
Door middel van dit RUP wordt er een juridisch kader gecreëerd voor de ontwikkeling van de site als een bedrijventerrein voor grootschalige kleinhandel. Na publicatie in het Belgisch Staatsblad zal het RUP eind april 2019 van kracht gaan. Nog dit jaar plant de projectontwikkelaar de omgevingsvergunning voor het retailproject en bijhorende infrastructuur in te dienen. De totale private investering bedraagt ongeveer 40 miljoen euro. De projectontwikkelaar voorziet de opening in 2021.
Foto: Stad Mechelen