Vlaams minister Geert Bourgeois (N-VA), bevoegd voor Onroerend Erfgoed, heeft de werking van 3 nieuwe Regionale Landschappen erkend. In totaal zijn er nu 17 Regionale Landschappen erkend door Onroerend Erfgoed. Tot voor kort gebeurde deze erkenning enkel vanuit het beleidsveld Natuur. Vandaag gebeurt die erkenning ook door Onroerend Erfgoed, zodat waardevolle landschappen kunnen rekenen op een subsidie voor het uitvoeren van werken in het kader van algemene landschapszorg. Meer bepaald gaat het om 100.000 euro per jaar voor Regionaal Landschap Rivierenland, 100.000 euro voor Regionaal Landschap Zuid-Hageland en 130.000 euro voor Regionaal Landschap Kleine en Grote Nete.
Een regionaal landschap is een gebied met een eigen identiteit en met belangrijke natuur – en landschapswaarden. Binnen dit landschap worden activiteiten ontwikkeld met betrekking tot duurzame streekontwikkeling.
“Elk nieuw Regionaal landschap krijgt vanaf 1 januari 2012 een budget voor de aanwerving van een landschapsanimator voor minimum 80 %, en daarnaast voor het uitvoeren van werken in het kader van algemene landschapszorg,” aldus minister Bourgeois. “De budgetten worden bepaald door het aandeel waardevol landschap dat binnen het werkingsgebied van het regionaal landschap gelegen is (ankerplaats en relictzone). De werken worden uitgevoerd door landschapsteams, waarbij zoveel als mogelijk gebruik gemaakt wordt van sociale-economiebedrijven.”
Regionaal Landschap Rivierenland
Het werkingsgebied van Regionaal Landschap Rivierenland is opgebouwd rond de benedenlopen van de rivieren Nete, Dijle, Zenne en Rupel. Het typische zoetwater getijdenrivierenlandschap, met zijn valleien en interfluvia, vormt de ‘blauwe draad’ doorheen het landschap. Het werkingsgebied strekt zich uit over het grondgebied van 12 gemeenten: Berlaar, Bonheiden, Boom, Heist-op-den-Berg, Lier, Mechelen, Niel, Nijlen, Putte, Rumst, Sint-Katelijne-Waver en Willebroek (42.672 ha).