Mechelen wil op systematische wijze haar binnenstad opwaarderen. Binnenkort wordt er aan de Ganzendries een ondergrondse parking aangelegd. De bouw ervan kadert in de heraanleg van de Korenmarkt en Hoogstraat. Voor de start van de bouw, heeft een team archeologen van de stad Mechelen de afgelopen zeven maanden opgravingen gedaan aan het plein. Tijdens het onderzoek werden heel wat metaalresten gevonden.
Drie archeologen en vier arbeiders plozen tussen 2 augustus 2010 en 4 maart 2011 1800m² Mechelse bodem uit. De site situeerde zich op de hoek van de Nieuwe Kapucijnenstraat en de Ganzendries. De opgravingen werden opgedeeld in drie werkputten: de rooilijn Nieuwe Kapucijnenstraat, de rooilijn bouwblok Ganzendries en het openbaar domein.
“De stad Mechelen beschouwt haar rijke verleden als een belangrijke troef en heeft de voorbije jaren het voortouw genomen inzake beheer en behoud van haar archeologisch erfgoed. Daarvan getuigen onder meer de opgravingen op de Grote Markt en de Veemarkt, op de sites Huis van de Mechelaar en Euroshopping/Het Clarenhof, op het Sint-Romboutskerkhof en aan het Hof van Busleyden, en dus ook hier. Als bestuur konden en wilden we niet het risico lopen dat er door de ingrijpende ondergrondse werken belangrijke getuigen van ons stadsverleden zouden verloren gaan”, aldus schepen van Cultuur Frank Nobels (CDO).
De Nieuwe Kapucijnenstraat werd aangelegd in de 17de eeuw. Het onderzoek wees uit dat de percelen langs deze straat klein waren. De huisjes waren eerder armoedig, en dat bleef ook zo tot in de 20ste eeuw. De huizen langs de Ganzendries hebben een heel ander verhaal. Uit de opgraving bleek dat deze teruggaan tot de 13de eeuw. De eerste huizen waren uit hout opgetrokken en bestonden uit vakwerk, met lemen vloeren en centrale haardplaatsen. Vermoedelijk vanaf de 14de eeuw werden ze vervangen door bakstenen huizen. De percelen zijn erg groot en de woningen ruim. Deze huizen werden verbouwd en herbouwd tot in de 20ste eeuw.
De archeologen keken vooral uit naar de opgravingen op het openbaar domein. Ze hoopten hier de oudste stadsgracht van Mechelen aan te treffen, die slechts op één andere opgraving blootgelegd werd. Uit die opgraving – die dateert van 2001 – bleek dat de oudste stadsgracht gegraven werd tussen 1125 en 1200 en gedempt werd rond 1300. Het openbaar domein van de Ganzendries ligt ongeveer op het tracé van deze oudste stadsversterking, maar werd niet aangetroffen. De archeologen vermoeden dat de gracht loopt onder de huidige bebouwing.
De oudste sporen op het plein zijn greppels en paalsporen, mogelijk voor afwatering of verkaveling. Nadien is het plein altijd leeg gebleven, het werd nooit bebouwd. Het werd wel steeds opgehoogd, met een belangrijke ophogingslaag rond 1300. In deze laag werden erg mooie metaalvondsten aangetroffen, naast afvalproducten van ambachtelijke beenbewerking. De belangrijkste vondsten waren zeer goed bewaarde pelgrimsinsignes. Pelgrimsinsignes waren ‘souvenirs’ van bedevaarten en werden waarschijnlijk op de kledij gespeld. De insignes die op de opgraving aangetroffen werden, dateren uit het begin van de 14de eeuw en zijn ondermeer afkomstig uit Keulen en Maastricht. Daarnaast vonden de archeologen ook ‘gewone’ persoonlijke opsmuk van vroegere bewoners, zoals ringen en gespen.
“De afronding van de archeologische opgravingen betekent het startschot voor de aanleg van de ondergrondse parkeergarage en de heraanleg van het plein zelf. Ondergronds biedt de parking plaats aan 107 voertuigen. Bovengronds maakt ze plaats voor een gezellig plein met groen en zitelementen.”, concludeert burgemeester Bart Somers (Open Vld).