Eerder deze week werden door Kind en Gezin de jaarlijkse kinderarmoedecijfers gepubliceerd. Voor Boom bedroeg dit cijfer in 2019 35,7%. Hiermee zet de licht dalende tendens van de afgelopen drie jaar zich verder (2016 (38,9%), 2017 (38,6%) en 2018 (36,6%)). Maar er is nog een lange weg te gaan, en dus zet Boom onverminderd sterk in op het bestrijden van deze kinderarmoede.
Uit de cijfers van Kind en Gezin blijkt dat het vooral de economische indicatoren zijn waarop de Bomenaars slecht scoren: inkomen, tewerkstelling en opleiding. Dat ondanks het feit dat er heel wat ondernomen wordt, zoals voorrang in de kinderopvang voor wie werk zoekt of wie een opleiding volgt, de begeleiding naar tewerkstelling door het OCMW of de ondersteuning bij het aanvragen van toelagen en uitkeringen.
Mensen in armoede ervaren dus problemen op verschillende domeinen zoals tewerkstelling, huisvesting en onderwijs. Het is daarom belangrijk te beseffen dat kinderen in armoede eigenlijk groot worden in gezinnen in armoede. Dat verklaart ook waarom de cijfers in Boom lichtjes verbeteren, maar dat die evolutie maar heel traag zichtbaar is. “De kinderarmoedecijfers in Boom blijven daarom hoog”, zegt Inge De Ridder, voorzitter van het Bijzonder Comité voor de Sociale Dienst en schepen van Sociale Zaken. “Ik betreur dit hoge cijfer, maar merk wel op dat dit cijfer sinds 2016 stabiliseert en zelfs licht daalt. We willen daarom aandacht hebben voor de verschillende domeinen waarop armoede speelt. Anders kunnen we armoede nooit doeltreffend bestrijden. Een integrale, structurele aanpak is hiervoor noodzakelijk. Wat ook noodzakelijk is, is samenwerking met lokale partners. In Boom zijn er heel wat organisaties die er op gericht zijn mensen in armoede te ondersteunen. Mensen in armoede vinden echter niet altijd de weg. Een zeer belangrijk element binnen kinderarmoedebestrijding is met andere woorden het stuk rond
toegankelijkheid.”
De voorbije jaren werd er ingezet op verschillende pijlers. Zo is er een brugfiguur in elke Boomse lagere school. Deze medewerkers zijn een toegankelijk aanspreekpunt voor ouders en dienst- en hulpverleners. Door aanwezig te zijn
aan de schoolpoort bereiken deze medewerkers heel veel ouders van de doelgroep. Zij kunnen hen onmiddellijk verder helpen door bijvoorbeeld ondersteuning te bieden bij het invullen van de studietoelagen of hen door te verwijzen naar OCMW, CKG of een andere organisatie of dienst.
Boempetat! werd de voorbije jaren uitgebouwd tot de fysieke locatie van Huis van het Kind. Er werd een spreekruimte voorzien voor de medewerkers van het Huis van het Kind, de zolderverdieping werd uitgebouwd tot polyvalente ruimte voor workshops en andere activiteiten. Er kwamen onder meer een babywellness en een opvoedbib.
Een belangrijke rol is ook weggelegd voor de kinderopvang. 37% van de opgevangen kinderen in het kinderdagverblijf behoort tot één of meerdere voorrangsgroepen. Een gerichte doorverwijzing vanuit de sociale dienst zorgt ervoor dat ouders die op zoek gaan naar werk of een opleiding volgen ook opvang hebben. Het loket kinderopvang zoekt zo snel mogelijk een oplossing, al dan niet in het eigen kinderdagverblijf of de buitenschoolse kinderopvang. Opvang hebben is essentieel voor de activering van de ouders, maar het komt bovendien ook het kind ten goede.
“We kunnen alleen maar hopen dat de inzet van onze diensten tegen kinderarmoede zowel in de praktijk als cijfermatig op termijn meer zichtbaar mag worden”, besluit Inge De Ridder nog.