De gemiddelde achterstand bedraagt nu 1.66%, waar dat in 2014 slechts 1.42% was. Elk van de huisvestingsmaatschappijen zitten wel onder de gemiddelde achterstand in Vlaanderen (2.34%), die daalde tegenover de vorige jaren.
Marc Hendrickx is toch tevreden met het resultaat. “Er zijn geen grote stijgingen, de grootste is er eentje van 0.56%. We kunnen dus eerder van een status quo spreken. Vlaanderen maakt werk van snelle en kordate invordering. Dat is goed nieuws voor de huisvesters, want huur die uitblijft betekent potentieel verlies en een flinke werklast. Ook voor de huurders is dit voordelig: ze bouwen geen onoverkomelijke schulden meer op. Op die elementen kan in onze regio meer ingezet worden. Betalingsproblemen worden nu veel sneller ontdekt en samen met de sociale diensten aangepakt. Ik verwacht dat dit zich de volgende jaren ook verder zal vertalen naar de Mechelse huisvestingsmaatschappijen.”
Sinds 2011 meten alle Vlaamse sociale huisvestingsmaatschappijen hun huurachterstallen op dezelfde manier. Maatschappijen met slechte invordering zagen het probleem toen duidelijk onder ogen. Samen met de Vlaamse visitatiecommissies gingen een aantal aan de slag.
archieffoto: Radio Reflex