Het bestuursakkoord 2013-2018 voorziet dat er voor heraanleg voetpaden, riolering en wegen een realistisch meerjarenplan wordt opgemaakt waarbij de infrastructurele toestand de prioriteit bepaalt. Daarnaast heeft het bestuur in de beleidsverklaring, die deel uitmaakt van het meerjarenplan 2014-2019, het STOP-principe naar voren geschoven als algemeen principe. In haar advies over het meerjarenplan benadrukte de mobiliteitsraad eind 2013 dat dit principe de leidraad moet zijn bij het maken van keuzes. Ook het mobiliteitsdecreet van 20 maart 2009 schuift het STOP-beginsel naar voren, hierbij wordt volgende rangorde voor de wenselijke mobiliteitsvormen gerespecteerd: de voetgangers (Stappers), de fietsers (Trappers), het collectieve vervoer (Openbaar vervoer), het individueel gemotoriseerde vervoer (Personenwagen).
Specifiek voor het onderhoud van voetpaden en asfaltwegen werd op jaarbasis (meerjarenplan 2014-2019) een budget vastgelegd van 200.000 euro voor de periode 2014-2016 en van 150.000 euro voor de periode 2017-2019. Over de periode van het meerjarenplan gesproken gaat het over een budget van 1.050.000 euro.
Op basis van de infrastructurele toestand, die steeds bepalend is, maakt de stad een inschatting van die wegen en voetpaden waar een ingreep wenselijk is en waar de infrastructurele toestand verantwoord lijkt. Deze lijst levert een benodigd investeringsprogramma op van 1.587.972 euro voor voetpaden en asfaltwegen.
STOP-beginsel
Om tot een vertaling te komen van dit principe naar een concrete aanpak wordt een methodiek uitgewerkt die de rangorde van de wenselijke mobiliteitsvormen vertaalt naar concrete straten. Hiertoe wordt zowel voor asfaltwegen als voor voetpaden een STOP-score toegekend aan elke straat.
Voor asfaltwegen weerspiegelt deze score de toegevoegde waarde van de ingreep in de straat voor Trappers, Stappers, Openbaar vervoer en Privé-vervoer. Voor elke categorie wordt er een deelscore toegekend van 1-5 punten. Deze deelscores worden vervolgens vermenigvuldigd met een STOP-factor die afhankelijk is van de deelcategorie.
Het meerjarenprogramma wordt op basis hiervan samengesteld waarbij een onderhoudsprogramma op jaarbasis wordt opgemaakt dat een zo hoog mogelijke gezamenlijke STOP-score vertegenwoordigt. Door deze methodiek toe te passen worden straten met een hoge STOP-score eerder gerealiseerd dan andere straten, dit voor zover het jaarbudget dit toelaat. De bedoeling is dan ook dat jaar na jaar de STOP-score zal dalen.
Foto: Facebookpagina Stad Lier