Al in 1984 nam het Mechelse stadsbestuur het initiatief om via een wedstrijdformule de inspanningen van haar burgers voor het rijke bouwkundig patrimonium in de stad te stimuleren. Doorheen de jaren werd het reglement van deze Stedelijke Prijs Stadsverfraaiing regelmatig opgefrist, om zo goed mogelijk aan te sluiten bij de actualiteit. De wens om nieuwe aanpassingen leidde in 2016 tot het ontstaan van de Stedelijke Prijs Bouwkundig Erfgoed. Deze prijs stelt, zoals de titel aangeeft, het historisch patrimonium van de stad centraal. Deze tweejaarlijks opgevatte wedstrijd bevat heel wat nieuwigheden.
“Niet alleen is het vanaf nu ook mogelijk om ook interieurwerken te laten meedingen, vanaf dit jaar wordt naast de prijs van de vakjury ook een publieksprijs uitgereikt. Speciaal daarvoor werd ook het wedstrijdbedrag opgetrokken tot 4.750 euro”, aldus schepen van Monumentenzorg Greet Geypen.
De hoofdprijs van de vakjury werd in de wacht gesleept door de eigenaars van de ‘Villa Henriëtte’ aan de Sint-Gommarusstraat 1, die deze 19de-eeuwse woning volgens de regels van de kunst restaureerden. De bijna 500 mensen die hun stem uitbrachten voor de publieksprijs kozen in de eerste plaats voor de historische woning Sint-Katelijnestraat 97, die op een hedendaagse manier gerestaureerd en ingericht werd.
In de Dijlestad maakt het onroerend erfgoed prominent deel uit van het stadsbeeld. De ongeveer 400 beschermde gebouwen en de 17 beschermde stads- en dorpsgezichten zijn hiervan het bewijs.
“Een erfenis waar wij als Mechelaar terecht fier op mogen zijn. Maar Mechelen is meer dan de optelsom van haar beschermd erfgoed. De stad biedt ook een rijke, gevarieerde staalkaart van waardevol bouwkundig erfgoed dat niet beschermd is. Gebouwen die evenzeer deel uitmaken van onze historische stad en die zonder financiële steun van Onroerend Erfgoed onderhouden en gerestaureerd worden. Op deze manier dragen veel Mechelaars hun steentje bij”, aldus Greet Geypen.
Om die reden wordt er binnen de Stedelijke Prijs nog steeds onderscheid gemaakt tussen twee categorieën. Het niet-beschermd erfgoed omvat alle projecten die niet kunnen genieten van een erfgoedpremie en kunnen daarom meedingen naar een geldprijs. Binnen deze categorie namen in totaal 21 kandidaten deel. Beschermde monumenten konden net als projecten van openbare besturen enkel meedingen naar een eervolle vermelding, en niet naar de geldprijs, omwille van de premiemogelijkheden voor de uitgevoerde restauratiewerken.
Prijs van de vakjury
De vakjury, samengesteld uit de Stedelijke Commissie voor Monumentenzorg en vier externe juryleden, beoordeelde in totaal 34 realisaties van de voorbije twee jaar. Deze kandidaturen werden ingezonden door de bouwheer of de ontwerper, of werden voorgedragen door de vakjury.
Niet-beschermde panden
De Stedelijke Prijs Bouwkundig Erfgoed gaat naar de restauratie van de ‘Villa Henriëtte’, een 19de-eeuwse woning aan de Sint-Gommarusstraat 1. ‘Villa Henriëtte’ werd rond 1865 gebouwd, wellicht als directeurswoning bij een nu verdwenen fabriek, die uiteindelijk een groot deel van de tuin inpalmde.
De huidige eigenaars vatten kort na de aankoop in 1999 de restauratie aan. In de eerste plaats werd het interieur gerenoveerd, kwam er nieuw houten schrijnwerk naar historisch model en werd het dak vervangen, wat de energieprestatie aanzienlijk verbeterde. Vervolgens werd het grootste gedeelte van de bijgebouwen gesloopt en werd de tuinmuur aan de straat deels opnieuw opgebouwd. De laatste, recente fase omvatte de gevelrestauratie en het vervangen van een bijgebouw.
De gevels werden chemisch gereinigd met maximaal behoud van het oude voegwerk. Ontbrekende delen werden zorgvuldig hersteld en de aangetaste voegen rond de vensters en elders in het metselwerk werden weer ingevoegd. De ramen in trompe-l’oeuil schildering aan de voor- en achterzijde – herkenbaar aan de zwart geschilderde ‘glasvlakken’ – werden opnieuw bezet en geschilderd. Het ijzerwerk van het balkon en de windroos werden hersteld. De loods aan de straatzijde werd vervangen door een kleiner exemplaar. Zowel het volume, de opbouw als het materiaalgebruik verwijzen naar de functionele architectuur van de gesloopte bedrijfsgebouwen.
Daarmee winnen de eigenaars, Sarah Schotte en Ewald Wauters, die ook optrad als ontwerper, een cheque van € 1750. De tweede plaats, met een geldprijs van € 1250, gaat naar de restauratie van vroegere dansschool met woning aan de Lange Schipstraat 30 tot twee woongelegenheden, naar ontwerp van het Mechelse architectenbureau Oostpool. Brons is er voor de binnen- en buitenrestauratie en inrichting van lederwarenzaak Pauline, dat beloond wordt met € 1000 prijzengeld.
Beschermde monumenten
Beschermde monumenten en eigendommen van openbare besturen konden zich inschrijven voor de wedstrijd voor een eervolle vermelding. Goud gaat naar de restauratie van het “Prieel van Leliëndaal” van het Sociaal Huis in de Sinte-Mettetuin. De tweede prijs werd toegekend aan de gevelrestauratie van het pand aan de Frederik de Merodestraat 20 dat eigendom is van de kerkfabriek van Sint-Jan en door De Sleutel wordt gebruikt als een dagcentrum voor de behandeling van mensen met drugsproblemen. In beide gevallen stond het Mechelse architectenbureau Beeck & Hermans in voor het ontwerp. De derde plaats gaat naar de omvorming van het Hotel van der Gracht de Rommerswael aan de Goswin de Stassartstraat 11 tot een totaalproject met bloemen- en decoratiezaak, restaurant, concert- en evenementlocatie, studentenverblijf en woning. Architect Geert De Ley en interieurarchitecte Veerle Van Eycken werkten hiervoor samen de plannen uit.
Publieksprijs
Tijdens de afgelopen kerstperiode kon iedereen in de Inpakbar aan de Bruul terecht om zijn of haar stem uit te brengen op één van de 34 deelnemende projecten, zonder onderscheid te maken tussen beschermde of niet-beschermde gebouwen. Uiteindelijk troffen we in de stembus 496 formulieren aan. Na telling bleken de meeste stemmen uitgebracht voor de restauratie van de Sint-Katelijnestraat 97, dat hiermee de publieksprijs van 750 euro in de wacht sleept.
Achter de 19de-eeuwse voorgevel van dit huis gaat een historisch pand schuil, dat mogelijk teruggaat tot de 14de eeuw. Als hoekhuis met de Moreelstraat markeert het één van de voornaamste toegangen tot het Groot Begijnhof, dat erkend is als UNESCO-werelderfgoed. De historische waarde van de woning en haar beeldbepalende ligging brachten de eigenaars er toe om het pand zoveel mogelijk te bewaren. Waar mogelijk werd er echter ook gekozen voor hedendaagse elementen, zoals in de al eerder verbouwde achtergevel die nieuwe vensters met aluminium schrijnwerk kreeg.
“De Stedelijke Prijs Bouwkundig Erfgoed toont aan, hoe private eigenaars investeren om hun panden met veel liefde en respect nieuw leven in te blazen. Maar ook de stad blijft niet achter. Als stadsbestuur hebben we er de voorbije jaren voor gekozen om in te zetten op ons cultureel erfgoed en ook naar de toekomst toe, zullen wij dat blijven doen”, besluit Greet Geypen.
foto: stad Mechelen